Vind jouw tuincentrum

Bol AlgemeenBol Algemeen

April is maand van de bij!

Lisa Garden op 15-04-2016

En dan hebben we het niet over de honingbij. Wat de meeste mensen niet weten is namelijk dat er bijna 300 soorten wilde, solitair levende bijen in Nederland wonen. Echter, gaat het niet zo goed met deze beestjes, daarom is de maand van de bij in het leven geroepen. Bij Tuincentrum Overzicht willen wij graag helpen, vandaar dit artikel over bijen!

Help! De bij verdwijnt!

De wilde bijen hebben het erg moeilijk de laatste jaren. Dit komt onder andere door een voedsel en nestgelegenheid tekort, maar ook parasieten en pesticiden dragen bij aan de bedreiging van de bij.

Nu zijn sommige mensen misschien niet direct een fan van deze vliegende beestjes, maar dat willen we graag veranderen. De wilde bijen zijn namelijk onmisbaar in de natuur, omdat ze bloemen bestuiven. Veel groente en fruit kan niet groeien zonder deze beestjes! Het verdwijnen van de bij is dus een groot probleem.

Voor steken hoeft u trouwens niet bang te zijn; wilde bijen steken bijna nooit en de meeste soorten wilde bijen hebben niet eens een angel die groot genoeg is om onze huid te kunnen doorboren. Dat is dan weer fijn om te weten!

Hoe kunt u bijen helpen overleven?

Bijen verdwijnen onder andere doordat er steeds minder voedsel en nestgelegenheid te vinden is. Met uw tuin kunt u dus heel gemakkelijk de bijen helpen door er bloeiende planten in te zetten en ruimte te creëren waar ze hun nesten kunnen maken.

  • Kies het liefst voor planten die ook in het wild voorkomen in België.
  • Vermijd planten met dubbele bloemen. Vaak zijn planten met dubbele bloemen speciaal gekweekt. In dit proces is nectar productie er vaak uitgeselecteerd, waardoor ze geen voedsel meer maken voor bijen.
  • Kies ook planten die extra stuifmeel produceren, zoals bijvoorbeeld composieten.

Tips: planten die bijen aantrekken

Hieronder hebben we een aantal planten op een rijtje gezet die bijen aantrekken. Het is geen complete lijst, maar u komt een heel eind met deze planten:

  • Vaste planten: Buddleja (ook bekend als vlinderstruik), Lavendel, Campanula, Kogeldistel, Schildpadbloem, Leeuwenbek en Zonnekruid.
  • Kruiden: Rozemarijn, Salie, Tijm en Bieslook (let wel op dat deze planten niet veel bloeien als u fanatiek bent met plukken).
  • Andere bloemen en planten: Kamille, Dahlia’s, Zonnebloemen, Crocussen, Korenbloemen, Phacelia, Stokrozen en Judaspenning.

Naast bijen komen ook vlinders op veel van deze planten af: op deze manier kunt u naast de bijen dus ook vlinders helpen en hebt u zelf een nóg mooier uitzicht in uw tuin.

Nestgelegenheid creëren

Als u creatief bent kunt u zelf met wat hout een bijenhotel maken:

  • Boor gaten van verschillende groottes in een stuk hout, maar laat de achterkant dicht. De gaten mogen variëren van 2 mm doorsnede tot 12 mm (en vooral veel van ongeveer 4 mm).
  • De gangen mogen tussen de 3 en 20 cm diep zijn.
  • Boor de gangen door elkaar en nooit op een rijtje. Bijen zullen er anders geen gebruik van gaan maken.
  • Hang het blok op een hoogte van 1 tot 5 m in uw tuin en zorg dat het blok een gedeelte van de dag in de zon hangt.

Niet creatief aangelegd? U kunt ook een bijenhotel kopen bij tuincentra. Bekijk een overzicht van insectenhotels op onze website.

Vermijd pesticiden en chemicaliën

Veel bestrijdingsmiddelen zijn chemisch of bevatten pesticiden. Het doodt ongewenste plagen en kan een laagje op uw plant achterlaten, maar deze middelen kunnen ook giftig zijn voor bijen. Vaak komen deze middelen in de grond en nemen planten het op. Hierdoor wordt hun stuifmeel of nectar dus ook giftig voor de bijen. Kies daarom liever voor natuurlijke bestrijding, of vermijd in ieder geval pesticiden of andere chemische bestrijdingsmiddelen die giftig zijn voor bijen. Verder kunt u de bijen extra helpen door biologische aarde en biologische bloembollen en zaden te kopen.

Zeg het voort!

Om zo veel mogelijk mensen bewust te kunnen maken van het belang van onze bijenvriendjes kunt u dit artikel delen met uw mede-tuiniers! Verder kunt u voor meer informatie ook kijken op de website van Greenpeace.